?
K | E | N | D | E | N | A | T | U | U | R | © | Wim de Groot & Bart Bruyns |
Nodig: | 1 fles
1 kurken met buisje warm en koud water |
37,5 °C | |
100 °C | |
38,2 °C |
Nodig: | 1 doorzichtige bak met koud water
1 potje met gaten en buisje 1 flesje rode inkt heet water |
Vragen | |
1. | Wat betekent het woord ''thermometer''? warmte meter. |
2. | Als het warmer wordt (6) stijgt / daalt de vloeistof in de buis van een thermometer. |
3. | Met welke proef kan je laten zien dat warm water stijgt? De fontein. |
4. ![]() isolerende gordijnen | Hiernaast zie je ramen met gordijnen die niet even lang zijn.
De meeste warmte gaat langs de ruit verloren bij (7) A / B. Om zuinig te stoken moet je dus (8) wel / geen gordijn voor de radiator langs hangen. |
Extra stof | |
5. ![]() sloot in winter | In de winter koelt een sloot van boven af.
Het water bovenin zal kouder worden dan het water onderin. Het warme water onderin zal hetzelfde doen als de rode fontein. Het water van onderuit de sloot zal stijgen. Kleur in de tekening de pijlen met warm water rood. Kleur de pijlen waarlangs het koude water stroomt blauw. Dit zakken van koeler water gaat net zolang door tot de hele sloot afgekoeld is. Dan pas zal de bovenste laag gaan bevriezen. Als een sloot dieper is, zal er meer water afgekoeld worden. Het zal langer duren voor een diepe sloot gaat bevriezen. Je kan op een sloot vaak eerder schaatsen dan op een kanaal, omdat een kanaal dieper is . Waarom zullen kikkers onderin de sloot niet snel doodvriezen? Het duurt langer voor het daar gaat vriezen. |