K | E | N | D | E | N | A | T | U | U | R | © | Wim de Groot & Bart Bruyns |
boterham | GISTLuchtig broodGist zorgt ervoor dat brood rijst.Gist maakt gasbelletjes in het brood. Door die gasbelletjes zwelt het deeg op. Je kan de gaten van die gasbelletjes hiernaast nog zien. Door die gaten is ons brood luchtig. | ||
fles blauwe vloeistof |
PROEF: KOOLZUURGAS
Probleem is dat je veel gassen niet kunt zien of ruiken. Daarom gebruiken we in de scheikunde hulpmiddeltjes. Zo kan je koolzuurgas aantonen met een blauwe vloeistof. KOOLZUURGAS MAAKT DE BLAUWE KLEURSTOF GEEL
Doe in fles 1 200 ml. lauwwarm water. Doe hier één eetlepel suiker bij. Doe één eetlepel gist bij 1. Roer met de lepel tot alles gemengd is. Zuig met het opzuigbuisje een beetje van het mengsel uit de fles. Bewaar dit voor onder de mikroskoop. | ||
opstelling om koolzuur aan te tonen |
In fles 2 doe je 200 ml. blauwe vloeistof. Doe de kurken op de flessen zoals op de tekening hiernaast. Laat de opstelling zo staan. Begin ondertussen met de proef hieronder. | ||
gist door de microscoop |
PROEF: GISTCELLEN
Doe er een dekglas overheen. Laat dit door je Ieerkracht onder een mikroskoop leggen. Bekijk de gistcellen bij 400 x vergroting. Teken in de cirkel hiernaast wat je ziet. Elk klein rondje wat je ziet is een volledig diertje. | ||
Hieronder zie je hoe gist zich voortplant. voortplanting bij gist Elk nieuw bolletje wordt weer een heel gist-diertje. | |||
Bekijk nu weer de eerste proef.
Het gistmengsel in fles 1 gaat borrelen. De blauwe vloeistof in fles 2 kleurt langzaam geel. De blauwe vloeistof kleurt geel als er koolzuurgas bij komt. Het gas wat door gist gemaakt wordt is dus koolzuurgas. | |||
VerbrandingKoolzuurgas is afval dat je krijgt bij verbranding.Bij een kachel stop je er brandstof in, en er komt koolzuurgas uit. De koolzuurgas verdwijnt door de schoorsteen. Ook mensen hebben verbranding. Wij zijn dus een soort kachels. Dat merk je goed als het koud is buiten. Dan is het buiten koud en jijzelf bent warm. Om ons Iichaam warm te houden verbranden we voedsel. Er gaat voedsel in, en er komt kokoolzuurgas uit. Die koolzuurgas raken we kwijt via onze longen. Ook gist-diertjes hebben verbranding. Er gaat suiker in, en er komt suiker uit. ALLE DIEREN EN PLANTEN HEBBEN VERBRANDING
|